Aedin fantaseert
"Je leert een schrijver pas werkelijk kennen door het inktspoor te volgen dat hij achterlaat. De mens die je denkt te zien is slechts een omhulsel, de waarheid verbergt zich altijd in de fantasie" uit: Het spel van de engel van Carlos Ruiz Zafón.

Giulio For Ever

Het was op dagen als deze, wanneer zweetdruppels zich mengden met bodylotion en in straaltjes langs haar lichaam liepen, poeltjes vormend in de randjes van haar bh, dat de triestheid haar het meest overviel. Waar de loomheid haar lichaam in een slow motion zette, waren het de herinneringen die haar volledig neersabelden. Dan zou ze zich het liefst willen opsluiten op haar slaapkamer en stil blijven liggen op haar bed of willen wegkruipen in het schaduwrijkste plekje, achter in de tuin. Maar die ruimte was er nooit geweest. Of had ze zich misschien nooit toegeëigend, was ze de laatste tijd steeds meer gaan beseffen.

Bij de eerste zonnestralen in de lente, vreesde ze voor de snikhete dagen die steeds dichterbij kwamen. Dan wist ze dat ze onbereikbaar zou zijn voor iedereen en alles om haar heen. Leo mocht niet eens in haar buurt komen. Bang dat haar herinneringen bezoedeld zouden raken. Hij wist van niets en zij hield hem voor dat ze zo slecht tegen de hitte kon. Tijdens die dagen kreeg ze een steeds grotere hekel aan zichzelf om alle verkeerde gedachtes die in haar opkwamen. Misschien had Leo altijd al gevoeld dat er iets niet klopte in hun relatie en haar daarom dubbel zo hard gestraft door er vandoor te gaan met haar bazin. Dat was pas invulling geven aan het spreekwoord 'baas boven baas'.

"Mam, waar ben jij toch met je gedachten vandaag? Is het weer zover, stijgt het kwik weer boven de 25 graden?"

Blijkbaar had Devon haar een vraag gesteld, zover ze zijn blik en opmerking kon interpreteren.

"Sorry schatje, wat vroeg je?"

"Waarom je dit jaar niet met ons mee op vakantie gaat? Even weg van huis, een andere omgeving zou je goed doen. Mark en ik trekken wel ons eigen plan. Jij kunt gewoon doen waar je zin in hebt. Ik weet zeker dat Mark het ook een goed idee vindt. Ik zal het vanavond meteen met hem bespreken."

"Ach Devon, lieverd, ik weet het niet. Ik ben al zo lang niet meer op vakantie geweest."

"Juist daarom mam. Na dat hele gedoe met pap heb je echt even een verzetje nodig. En Mark en ik lopen natuurlijk als homostel erg in de gaten in het buitenland. We hebben een chaperonne nodig."

Ze keek hem lachend aan. “Jij trekt ook alles uit de kast hè”.

Woordgrapjes die ze voortdurend met elkaar maakten en de toon zetten van hun sterke moeder-zoon-relatie.

“Ik zal erover nadenken”, vertrouwde ze hem toe toen ze afscheid namen.

Hoe blij ze anders was als Devon op bezoek kwam, zo opgelucht was ze vandaag toen hij de deur uit ging. Eindelijk tijd voor zichzelf. Ze sloot alle gordijnen in het huis, liep de trap op, gooide haar kleding op de overloop – de verzamelplek voor vuile was - , drukte op stand drie van de ventilator en ging naakt op bed liggen. Op het moment dat ze haar ogen sloot, reisde ze af naar Taormina. Zij en haar vriendin Evelien waren er dertig jaar geleden neergestreken tijdens hun backpack avontuur. Op een drukkend warme dag hadden ze een cafeetje opgezocht. Hij, Giulio zo leerde ze later, stond achter de bar. Toen ze hem aankeek leek de wereld om hen heen te vervagen. Het praten van de mensen in het cafeetje had haar vreemd hard in de oren geklonken.

"Everything is fine", in een zangerig Italiaans – Engels accent, was het eerste wat ze hoorde toen ze bijkwam. Hij zat naast haar. Zijn hand die over haar pols streek voelde aangenaam verkoelend.

"Je bent flauw gevallen Inez." Eveliens stem had haar weer een beetje terug naar aarde gebracht.

"Yes, it’s the heat", had ze gestameld.

Daarna was alles in een stroomversnelling gegaan. Hij had hun de streek laten zien. Het had haar geen bal geïnteresseerd. Haar ogen hadden alleen maar zijn kant op gekeken. Hij bleek bovendien een slechte gids. Vertelde twee keer hetzelfde verhaal, in Engels waar soms geen touw aan vast te knopen was. Al had hij Chinees gesproken, en zij Oezbekistans, het was hun lichaamstaal waarmee ze met elkaar communiceerden. Evelien had zich al snel teveel gevoeld en hen alleen gelaten.

Op haar slaapkamer, met het ruisende geluid van de ventilator en de gordijnen die lichtjes opbolden, voelde ze opnieuw die eerste kus. Zijn tong, aarzelend, in latere kussen dwingender. Hoe haar huid leek te ontvlammen onder zijn aanrakingen. Zijn handen die haar borsten opeisten, ze modelleerde en vormde alsof ze al die tijd gewacht hadden om in zijn handen hun uiteindelijke vorm te krijgen. Hoe hij Italiaanse liefkozingen fluisterde in haar oor en met zijn warme adem haar lichaam onder stroom zette. Zijn karamelkleurige, gespierde armen, glanzend van zweet, stevig om haar heen. Het onvermijdelijke afscheid nog even afwerend.

Het kwam, dat afscheid, ze moesten terug naar huis. Studies moesten hervat worden. Net zoals ze die eerste kus zelfs dertig jaar later bijna kon proeven, zo voelde ze de tranen weer over haar wangen lopen. Ze hadden elkaar beloofd contact te houden en zodra de mogelijkheid zich voordeed elkaar weer op te zoeken.

Terug in Nederland was er van nazomer geen sprake meer. De herfst zette vroeger dan normaal in. Toen bleek dat ze geen darminfectie had meegenomen uit Sicilië maar een zwangerschap hadden de donkere dagen haar helemaal overvallen. Wie had ze in vertrouwen moeten nemen? Haar ouders die midden in een scheiding lagen en hun handen vol hadden aan hun eigen misère? Giulio die in Sicilië druk was met het opzetten van een eigen bistro? Hij had zijn plannen al klaar. Vanuit zijn machocultuur wilde hij haar iets kunnen bieden als zij met haar studie klaar was en terug zou keren naar hem. Ze kon hem niet belasten met de druk van een zwangerschap. Evelien, die net in een heftige relatie zat met een oudere, getrouwde man was ook geen optie. En toen was daar Leo, haar studiegenoot aan de opleiding Verpleegkunde. Hij had haar zwangerschap opgemerkt, naar haar verhaal geluisterd en haar gesteund. Toen ze later een miskraam kreeg was hij het die haar tranen droogde en haar verzorgde. Sicilië leek een eiland heel ver weg. Leo was van mening dat vakantieliefdes geen stand hielden. Onzeker als ze was klampte ze zich aan hem vast en groeiden ze steeds meer naar elkaar toe. Van studiegenoten werden ze collega’s, geliefden, echtgenoten, ouders. De scheiding, nu een jaar geleden, was de finishing touch. Giulio was een herinnering geworden die niet vervaagde en haar met het stijgen van het kwik overspoelde als een tsunami.

De eerste donderslagen dienden zich aan in de verte. Ze hadden zwaar onweer voorspeld voor vanavond. Heerlijk. Onweer ruimde haar geest op. Ze stond op en liep naar de spiegel. 49 jaar was ze nu. Ach, ze mocht best tevreden zijn over haar lichaam. Ze kreeg genoeg complimenten. Hoe zou Julio er nu uitzien? Hij was nu 51. Hij had geen Facebook account, dat had ze al opgezocht. Maar zijn bistro bestond nog steeds. Ze wist niet of hij getrouwd was, of en hoeveel kinderen hij had. Hij had haar destijds gesmeekt om terug naar Sicilië te komen maar zij had hem uiteindelijk overtuigd dat hun liefde bestemd was voor één zomer en niet zou kunnen standhouden. Hoe had ze zo dom kunnen zijn. Ze had niet alleen hem maar ook zichzelf voorgelogen.

De slaapkamer werd kort in een helder licht gezet, vlak daarna volgde een knal die de hemel doormidden leek te splijten. Ze pakte haar gsm van het nachtkastje.

"Hoi mam", klonk Devons stem enthousiast, "wat een weer hè. Ik heb trouwens al met Mark overlegd. Zoals ik al dacht is hij het helemaal met me eens. Je gaat toch mee hè. Daarom bel je toch?"

"Op één voorwaarde Devon. Dat ik de locatie mag bepalen."

30/8'13 Aedin Mugain

Waarom Yara?

Als ik één ding op dat moment in twijfel trok was het of ik niet toch op vrouwen viel. Eigenlijk wist ik vanaf toen niets meer zeker. Ze kwam in mijn leven zoals je op een dag een nieuwe moedervlek op je lichaam kunt ontdekken. Ook zij was er net zo plotseling en ongevraagd; altijd dichtbij. Ik wist dat ik me niet meer van haar zou kunnen losmaken tenzij ik met harde hand zou ingrijpen. 

Maar laten we eerst teruggaan naar dat moment, inmiddels bijna negen jaar geleden.

Het was zo stil in het klaslokaal dat je de tl-lampen hoorde zoemen. Iedereen, dat wil zeggen alle 28 leerlingen mezelf incluis, worstelde met de multiple choice vragen van een aardrijkskunde proefwerk, totdat de deur zo hard werd opengezwaaid dat de klink tegen de muur ketste. Natuurlijk keek iedereen op, en natuurlijk zoomden alle ogen nog wat meer in toen ze eenmaal zagen wie er in de deuropening stond. Ze was zeker 1.80 m lang en had de knalroze laarzen aan die ik zo lelijk vond maar die haar geweldig stonden. Haar lange bruin/blonde haar had ze opgestoken in een staart die ze drie dagen geleden gemaakt leek te hebben. Ook daar kwam ze geweldig goed mee weg. Ik weet niet hoe ik haar gezicht moet omschrijven. Het was niet mooi volgens de boekjes maar het had iets wat ervoor zorgde dat je voortdurend naar haar bleef kijken.

"Sorry, dat ik zo laat ben", zei ze met een accent dat ik niet meteen kon thuisbrengen. “Mijn ratje lag vanochtend plotseling dood in zijn kooi. Ik heb eerst nog even een begrafenis moeten regelen."

We zwegen alle achtentwintig. Als dit een smoes was, was het wel een hele goeie. Als dit echt was, gaf het ons nog meer stof tot nadenken. Mutsers, de aardrijkskunde docent, moest hetzelfde moment van twijfel hebben. Hij bleef haar een tijdje aanstaren en zei toen: "Jij bent Yara zeker?"

"Ja, dat klopt"

"Welkom dan. Ga zitten en pak maar even een boek. We zijn bezig met een toets."

Ze klakte op haar laarzen de klas door en nam schuin voor me plaats. Ze rook naar patchouli. Ik vanaf die dag ook. 

Om te zeggen dat we echte hartsvriendinnen werden, voert te ver. Yara had veel vrienden en vriendinnen daar was ik er eentje van. Er was altijd wel iets te beleven in de buurt van Yara, ze zat vol verhalen en gekke ideeën, al dan niet meegebracht uit Nieuw-Zeeland waar ze het grootste gedeelte van haar jeugd had gewoond. Voor ons,  Amsterdam klonk ons al wild en uitheems in de oren, was ze als een meisje uit een soapserie.  We warmden ons aan haar knuffels waarmee ze ons altijd begroette en zogen als een stelletje vampiers haar enthousiasme en levendigheid uit haar leeg. Ik heb eigenlijk nooit aan de anderen gevraagd of zij ook dat gevoel hadden dat het bij haar net was als bij een marionettenpop. Ze vertoonde haar trucjes en reageerde precies zoals wij van haar verwachtten.  Ik was geen haar beter geweest dan de rest. Ook ik had steeds die onbedwingbare behoefte gevoeld om aan de touwtjes te trekken. Wat als ik dat nu eens niet gedaan had?  Welke Yara had ik dan gezien? “Waarschijnlijk de echte”, beantwoordde ik hardop de vraag voor mezelf.

Ik wrijf met mijn vingertoppen over het adres op de envelop die al de hele ochtend op mijn bureau ligt en ik al net zovele malen heb willen openen als dat ik ‘m heb teruggelegd.

“Aan mijn truffeltje”. Het postbusadres van de krant staat er in hoekige letters onder geschreven. Ik wist meteen dat het van haar was. Niemand anders had me ooit zo genoemd.

“Yara, waarom heb je het gedaan?”

Ik wapper met de envelop tegen mijn kin en staar naar buiten.  De wolkeloze lucht past niet bij mijn gemoedsstemming. Ik ben bang om de envelop open te maken. Bang voor de woorden die ze aan me geschreven heeft. Bang, omdat ik haar niet meer zal kunnen zeggen wat ze voor me betekenen.

Gisteravond werd ik gebeld door Steven. Jaren was ik in stilte verliefd op hem geweest totdat Yara besloot dat ze hem ook wel leuk vond. Ze had er maar één dag voor nodig om een relatie met hem te krijgen. Die vervolgens weer net zo snel uit, aan, en weer uit ging. Steven en Yara hadden voor dezelfde universiteit gekozen, ik was na lang twijfelen naar de andere kant van het land verhuisd voor een studie journalistiek. Door de jaren heen waren we contact blijven houden. Toen Steven belde had ik hem en Yara al een half jaar niet meer gezien of gesproken. Er was geen inleiding aan Stevens gesprek. Alleen die ene zin die alles zei maar ook niets: “Yara heeft zelfmoord gepleegd”.

Met mijn nagels peuter ik de rand van de envelop open en haal een klein briefje eruit.  Ik snuif de geur op. Ruikt het echt naar patchouli of is dat mijn inbeelding? Ik zucht en begin te lezen:

Mijn lieve Silke ,
Ga op zoek. Ik weet dat jij mijn verhaal  zult vinden.
Schrijf het.
Liefs,
Je Yara.

Niets wist ik zeker vanaf het moment dat ik Yara leerde kennen.  Aan het einde van haar te korte leven had ze haar verhaal aan me toe vertrouwd. Ik zou op zoek gaan. Ik had nog nooit iets zo zeker geweten.

28/9'13 Aedin Mugain

Een moment om nooit te vergeten

Dit moment, dit ogenblik, hij probeerde het aan een liedje te koppelen, een geur, iets. Iets wat hem voor altijd zou verbinden aan dit moment, hier, deze ruimte, waar het gebeurd was en nog ging gebeuren. Toen hij besefte dat geen liedje, geen geur krachtig genoeg zou zijn en hij dit moment geurloos en melodieloos zou moeten opslaan in zijn herinnering bekroop hem een angst die hem bij de strot greep. Wat als hij dit moment nodig zou hebben en de herinnering er niet meer was? Hij moest een manier vinden om het in zijn geheugen te kerven. Alsof het antwoord op deze vraag gewacht had, openbaarde het zich als een visioen.

"Hebbes", hij opende het pincet en liet de grijze haar in de wasbak vallen als een vlo die hij uit de vacht van zijn hond had geplukt. Het zijn er teveel”, verzuchtte hij. Een kleurspoeling zoals Hilde hem al vaker had aangeraden, zou misschien toch niet zo’n gek idee zijn. Hij boog zo dicht naar de badkamerspiegel toe dat zijn adem de spiegel besloeg en inspecteerde de rimpels rond zijn ogen. Zijn uiterlijk was de laatste paar maanden iets waar hij behoorlijk mee in de weer was. Vandaag kwam het er allemaal net nog wat meer op aan.

"Aron, kun jij straks even boter meenemen van de supermarkt, in de kelder staat niets meer." Hildes stem klonk geïrriteerd. Na twintig jaar huwelijk kon hij uit de klank van haar stem opmaken in welke stemming ze verkeerde. Zelfs tijdens haar geïrriteerde buien vond hij Hilde lief.

Hij had haar leren kennen tijdens een uitwisselingsproject in India. Jong en verlegen was ze. Ze fascineerde hem. Hoe beter hij haar had leren kennen, hoe meer hij zich tot haar aangetrokken voelde. Totdat hij besefte dat hij verliefd op haar was geworden. Hij was op zoek geweest en had gevonden, waarna hij meteen had besloten haar niet meer los te laten. Ze was mooi, ze was nog steeds mooi. Jeugdig, modern, een vrouw van deze tijd. Hij was trots op haar. Daar waar vrienden andermans kinderen opvoedden en alweer de sleur begonnen te proeven in hun tweede huwelijk, daar vormden hij en Hilde toch maar mooi nog steeds een gelukkig gezinnetje. Als Sam of Lieve vertelden dat de ouders van een klasgenootje gingen scheiden, iets wat steeds vaker aan de orde leek te komen de afgelopen twee jaar, schermde hij met de opmerking "Ja ja Hilde, we beginnen een uitstervend ras te worden."

De huiswarmte van zich afschuddend stapte hij in zijn auto om koers te zetten naar een ander doel dan zijn vrouw in gedachte had. Hij zette de autoradio wat harder, als kon de electrobeat van het dancenummer op de radio het verradersgevoel, dat toch even bezit van hem nam, van hem af trillen. Met de snelheid waarmee de kilometers die hem van Mara scheidden minderden, voelde hij de opwinding en de spanning opkomen die een jarig kind moest voelen als het voor het raam stond te wachten op de gasten. Vandaag ging het gebeuren, moest het gebeuren. Hij had zich lang voorbereid op deze dag die hij in zijn fantasie al vele malen had beleefd in alle mogelijke variaties, toch steeds met Mara en hij als rode draad. Hij kon bijna niet geloven dat een van die fantasieën op het punt stond werkelijkheid te worden.

Mara was sexy en jong, sprankelend, zoals er wel meer Mara’s rondliepen in zijn directe omgeving. Als hij een presentatie gaf, zat ze tussen de aanwezigen. Hun blikken kruisten elkaar, in zalen, in gangen, op trappen, vaker, intenser, langduriger. Een lach, een kort gesprek, koffie. Hij was niet op zoek geweest, die behoefte was er niet geweest. Mara was het ijsje dat de ober op zijn dienblad droeg voor de mensen die naast of tegenover je zaten, als jij nog twijfelde over wel of niet een toetje nemen. Oh hij had heus wel geprobeerd afstand te houden, net te doen alsof er niets aan de hand was, dat was hij aan zichzelf en al helemaal aan Hilde verplicht. Lang had dat niet geduurd. Hij kon zichzelf niet voor de gek houden. Hij was verliefd geraakt. Er moest een verschil zitten tussen verliefd worden en verliefd raken zo verklaarde hij aan zichzelf deze nooit eerder ervaren gekmakende en intense gevoelens.

Het was Mara geweest die de eerste stappen had gezet. Zo verbaasd was hij dat ze hem uit al die hongerige, jonge honden die achter haar aan renden had gekozen. Maar Mara had hem al snel duidelijk gemaakt dat van kiezen geen sprake was geweest, noch van nuchter verstand. “Het is simpelweg een gevoelskwestie”, had ze hem op, de haar zo kenmerkende, eigen wijze en vol overtuigingskracht laten weten. “Jij en ik, we are meant to be”.

De eerste keer dat ze samen hadden afgesproken was hij verrast geweest over het gemak waarmee hij thuis een lulverhaal had opgehangen. Had hij al achteraf wroeging kunnen voelen, het nagenot van het samenzijn met Mara liet geen plaats meer voor welk ander gevoel dan ook.

Daarna was er geen houden meer aan. Elke seconde van de dag dacht hij aan Mara. Het samenzijn met haar was een liefdesepos waar geen gedicht tegen was opgewassen. Ervan overtuigd dat hij zojuist hét ultieme moment met haar beleefd had, bleek het een volgende keer nog mooier en nog beter te zijn. Hoe heftiger en intenser hun relatie werd, des te banger werd hij om het kwijt te raken. Steeds als hij de deur van Mara’s appartement achter zich dichttrok begon het terugdenken. Aan haar geur die met geen enkele andere geur te vergelijken was en het lekkerste luchtje was dat hij ooit om zich heen had gedragen. Aan haar lange benen, glanzend, haast reflecterend in de kleur van het schemerlicht. Aan haar handen die zachtjes zijn rug kneedden op het ritme van zijn stoten. Elke flinter Mara, elk fragment met haar, wilde hij bij zich dragen. Het werd teveel om te onthouden. Hij dreigde te vergeten en te verliezen.

Hij ging bij zichzelf te rade. Belangrijke momenten in zijn leven waren altijd gekoppeld aan iets. Zijn jeugd was gekoppeld aan muziek. Elk plaatje uit die tijd haalde geur en kleur terug. Bij de geboorte van Sam hoorde het van pijn doordrongen gezicht van Hilde. Het overlijden van zijn vader was verbonden met sneeuw. De hele week had er een dik pak sneeuw gelegen. Hij moest de momenten met Mara koppelen aan iets dat alles overtreffend was. Het had hem weken uit zijn slaap gehouden. Totdat het antwoord zich aandiende. Eerst was hij ervoor teruggeschrokken. Maar hoe hij ook nadacht, steeds kwam hij er weer op terug en langzaamaan was hij gaan inzien dat het de ultieme oplossing was.

Toen Mara de deur opende wist hij meteen dat hij de juiste dag had uitgekozen. Ze zag er mooier uit dan ooit. Voordat de deur het slot raakte hadden ze elkaars lichaam al gevonden. Hoe was het mogelijk dat de sex dit keer nóg beter en nóg intenser was. Hij ademende in, zoog op, absorbeerde en inhaleerde.

Het was al avond toen hij zich naar Mara toedraaide en haar lang aankeek.
"Liefje, ik heb lang gezocht naar een manier om de momenten met jou voor altijd vast te houden, ze nooit meer kwijt te raken. Ik ben zo bang om ze te verliezen. Er moet iets heel krachtigs tegenover staan. Iets waardoor ik altijd aan jou en alles om jou heen zal denken."
Hij rommelde in zijn tas die hij onder het bed had geschoven.
"Ik zag zo’n fragment op tv over de oerknal en het ontstaan van de wereld en toen wist ik het. Dit is het enige wat sterk genoeg is."
In een flits legde hij met zijn ene hand het kussen op het hoofd van Mara en nam hij het pistool in zijn andere hand. Het kussen smoorde de knal.

Een wereld weggevaagd. Het moment zou nooit meer verloren gaan.

3/4 '13 Aedin Mugain